Fed: Ristorante Alice – Milaan

Ik maak er inmiddels een beetje een gewoonte van om ergens luxe te gaan eten als ik op reis ben – tenzij ik in een all-inclusive resort zit, maar dat is een heel ander verhaal.

Afgelopen weekend was ik in Milaan om de EXPO 2015 te bezoeken (meer daarover in een ander stuk), en als je dan toch in Italië bent, land van SlowFood, dan kun je het maar beter goed doen. Dus de lijst met Michelin-sterrenrestaurants voor Milaan er bij gepakt, en alle restaurants maar op grond van de website beoordeeld.

De keuze was gevallen op Ristorante Alice, dat gevestigd is op de 3e verdieping van Italiaans delicatessenwalhalla Eataly. Ik kende Eataly helemaal niet, maar ze hebben vestigingen in veel grote steden in Italië maar ook in New York,  Japan, Dubai, Brazilië en Istanbul. En daar moeten er nog bij komen. Maar verder over Alice, waarvan je reisgids wellicht nog zegt dat het aan de Via Adige zit (opletten dus!).

Het restaurant zelf heeft een vrij moderne, strakke, inrichting. Misschien kun je het industrieel noemen, en met name de vloer doet daaraan denken, en dat zal niet ieders smaak zijn. Van de andere kant: die hoef je ook niet te eten. Aan de buitenkant van het restaurant kijken grote raampartijen uit over het plein voor Eataly. Dat uitzicht is overigens niet heel bijzonder, behalve als het noodweer is (daar kan ik enorm van genieten – zolang ik veilig, droog en winddicht binnen zit). Wat dan wel een beetje vervelend kan zijn is het licht van de twee grote reclameschermen die aan de buitenkant van Eataly hangen. Je krijgt regelmatig een flinke dosis wisselend gekleurd licht over je heen, waar je je aan zou kunnen storen.

Alice biedt een aantal menu’s, vanaf 80 euro voor 5 gangen vegetarisch. Milaan is niet goedkoop. Glazen wijn van de kaart kosten tussen de 9 en 22 euro, maar de meeste zitten op 12 euro of meer. Wederom: Milaan is niet goedkoop. Wat me aan de wijnkaart trouwens opviel was dat de Italiaanse wijnen vaak een stuk duurder zijn dan de buitenlandse.

Uiteraard krijg je bij Alice ook de amuses, het pre-dessert en brood. Maar dat is zo standaard tegenwoordig, dat het allang geen extraatje meer is maar gewoon in de prijs verwerkt zit natuurlijk.

Om te beginnen dus de amuses:


Een gepocheerde mossel in gelei (net een oester), gefrituurd zeewierballetje, hapjes met parmezan, een aroncini  en slablad gevuld met onder andere pistachenootjes. Erg lekkere hapjes, met name de sla en de mossel waren erg lekker.

Uiteraard serveerde Alice ook brood, en niet te weinig ook. Nu weet ik dat Italianen overal brood bij eten, maar zoveel brood kreeg ik toch echt niet op:

Na het brood komen natuurlijk de echte gerechten. Ik heb ze gewoon maar even in de gallery gegooid. Klik lustig naar links en/of rechts!

 

De sterkste punten van dit menu waren voor mij Rosemary’s Ceci (de inktvis was echt heel erg goed klaargemaakt), de Super (man man, wat was die bouillon goed – absoluut een aanrader) en de rogvleugel. Het dessert was wel lekker maar niet superbijzonder. De Carpaccio e Fantasia was toch wel het zwakste gerecht. Hoewel het er fantastisch uitziet is het heel lastig om iedere hap die je neemt in balans te brengen met de bijbehorende smaakjes. Fruit en vis laat zich lastig combineren, zo blijkt. De delicate smaak van de rauwe vis wordt heel snel compleet weggeblazen door het fruit, zodat het lastig zoeken is naar de juiste verhouding. En daar moet je dan ook nog de juiste sausjes en poedertjes bij zien te pakken. Soms heb je daardoor een hele mooi smaakcombinatie te pakken, en de andere keer heb je niet eens in de gaten dat je vis zit te eten. De garnaal in het midden was wel heel erg lekker trouwens. Nèt gaar. Topsmaak.

Het gerecht zou wat mij betreft gebaat zijn bij een minder vrijblijvende combinatie van smaken – als kun je het gerecht dan niet op deze manier serveren.

Al met al heerlijk gegeten bij Alice, al was het wel erg prijzig met drie glazen wijn er bij. Maar zoals ik al schreef: Milaan is duur. En daar kun je maar beter op voorbereid zijn.